Mijn favorieten

Ladder

Afgelopen week was ik op een Rotary-clubbijeenkomst in het mooie Berchmanianum in Nijmegen. Een van de leden vertelde ons daar, dat hij door het oog van de naald was gekropen.

Een week ervoor stond hij op een hoge ladder van wel drie meter. Zo ongeveer bovenaan en met zijn lange lengte erbij werd dat echt torenhoog.

Wat doe je op een ladder? Werken, schilderen, ramen zemen, dak beklimmen, fruit plukken. Dat komt zo bij mij op. Nooit even iets. Na ongeveer tien treden heb ik echt al trillende knietjes bij een trap die los staat, onderuit kan schuiven, zijwaarts kan glijden of achterover kan klappen.

Er is hogere wis- en natuurkundige wetenschap voor nodig om te weten wanneer die trap uit balans kan gaan. 

Even een beetje te ver overhellen en je ligt in dat onachtzame moment samen met de trap beneden in de kreukels. Mijn geblesseerde vriend dus ook. Met gebroken schouder en arm is hij de dans van veel erger ontsprongen.

Een tip kregen we tijdens onze geuite ontsteltenis mee van een architect die meeluisterde.

Hij zei: “Gebruik in het werk altijd één hand voor jezelf en één hand voor het werk.” Knoop deze wijsheid in je oren en wijk er nooit vanaf. En ik voeg er aan toe, “blijf nadenken.” Maak er geen ladder naar de hemel van. 
 

Juul